| |
 | Orde | : | Pleviervogels (Charadriiformes) |  | Familie | : | Alken (Alcidae) |  | Lengte | : | 38 tot 46 cm |  | Geluid | : | |  | Biotoop | : | |  | Periode | : | |  | Aantal broedparen | : | Geen | |
|
Kenmerken | De rug en de bovenzijde van de vleugels zijn zwart |  |
De onderzijde is wit van kleur |  |
Om het oog bevindt zich een dunne witte cirkel |  |
Achter het oog loopt een dunne witte streep |  |
In het winterkleed is het gezicht wit en bevindt zich een donkere streep achter het oog |
| | |  |
Omschrijving
De zeekoet is een opvallende zwart-witte zeevogel die door het gedrag en de kleur van het verenkleed doet denken aan een pinguïn. De vogel is te onderscheiden van de alk door het wit omrande oog en het ontbreken van witte lijnen op de snavel. In het winterkleed is de kop niet langer geheel zwart, het gezicht is dan wit met een donkere lijn achter het oog.
De zeekoet komt alleen aan land om te broeden op de kliffen langs de kust van onder andere Groot Brittannië en Noorwegen. Buiten de broedtijd zoekt de vogel open zee op, maar is dan ook te zien langs de meeste kusten van de Oost- en de Noordzee.
|