 | Orde | : | Uilen (Strigiformes) |  | Familie | : | Uilen (Strigidae) |  | Lengte | : | 22 tot 27 cm |  | Geluid | : | |  | Biotoop | : | |  | Periode | : | |  | Aantal broedparen | : | Mogelijk enkele paren | |
|
Kenmerken | De bovenzijde is donkerbruin met lichte vlekken |  |
De onderzijde is vaalwit met grijsbruine vlekken |  |
De poten en de tenen zijn bedekt met veren |  |
De gezichtssluier heeft een zwarte rand |  |
De kop is rond en opvallend groot |
| | |  |
Omschrijving
De ruigpootuil lijkt sterk op de steenuil die in Nederland veel algemener is. De ruigpootuil onderscheidt zich door de geheel bevederde poten en heeft langere vleugels en een langere staart. Volwassen vogels hebben een zwarte rand rondom de gezichtssluier. De vogel jaagt voornamelijk 's nachts op kleine zoogdieren en een enkele kleine vogel.
Broeden doet de ruigpootuil slechts bij hoge uitzondering in Nederland. Het belangrijkste broedgebied van de ruigpootuil bevindt zich in Scandinavië en in een strook door Midden-Europa. De vogel maakt het nest in boomholten, waarbij de voorkeur uit gaat naar oude nesten van de zwarte specht. Eens in de drie jaar bereikt de muizenpopulatie een hoogtepunt en in deze jaren laat het vrouwtje de verzorging van de pas uitgekomen jongen soms over aan het mannetje om ergens anders aan een nieuw nest te beginnen.
|